Labyrint

Deze tekst verscheen eerder in De Riepe van september 2024.
Je staat voor de ingang. Je aarzelt. Het is spannend en verlokkelijk, maar ook eng. Kun je dit wel?
Je niewsgierigheid wint het van de twijfel. Je stapt over de drempel.
Je dringt steeds dieper binnen. Je hebt geen idee waar je heen gaat. Je kronkelt langs eindeloze bochten, tot je niet meer weet waar je bent. De uitweg ligt inmiddels ver achter je.
Je wil naar het centrum. Want daar is de Minotaurus. Die is woest en gemeen. Het kijkt in je ziel. Het kent al je tekortkomingen, je geheimen, je angst.
Als je faalt, ben je verloren. Maar alleen door het te confronteren kun je terug.
Het weet dat je er bent.
Waar ben je aan begonnen? Jij had je opgeworpen. Jij zou het wel even doen. Buiten was je zo fier.
Maar hoe dichterbij je komt, hoe meer het je spijt.
Ze wachten op je, daarbuiten. Een klos draad glibbert in je bezwete hand. Zij houden het andere eind vast. Jullie zijn verbonden. Je bent niet alleen.
Dan doemt de gedaante voor je op. Je hebt het gevonden. Of vond het jou?
Je denkt aan de anderen. Wat ze je geleerd hebben en gegeven.
De Minotaurus blijkt lang niet zo intimiderend als je had gevreesd. In tegendeel, nu het zo voor je staat, vind je het eerder meelijwekkend. Het lijkt op jou. Net als jij, zoekt het een weg naar buiten.
Je reikt het je hand. Ga je mee? Ze wachten op ons.
Geef een reactie